Abstract
Bij de realisering van op mastery gericht onderwijs zijn de volgende vragen essentieel: wat moet men verstaan onder beheersing van de stof en hoe moet die getoetst worden. De aard van de onderwijsdoelstellingen bepaalt het kriterium wanneer een student wel en wanneer hij niet mastery heeft bereikt.
Het onderscheid tussen doelstellingen op het nivo van kennisreproduktie en de hogere cognitieve doelstellingen heeft vergaande konsekwenties. Dit geldt onder meer voor vraagstukken t.a.v. de ideale moeilijkheidsgraad van mastery toetsen,
de relatie met intelligentie, de betrouwbaarheid en de methodes voor het bepalen van de cesuur tussen voldoende en onvoldoende.
Het onderscheid tussen doelstellingen op het nivo van kennisreproduktie en de hogere cognitieve doelstellingen heeft vergaande konsekwenties. Dit geldt onder meer voor vraagstukken t.a.v. de ideale moeilijkheidsgraad van mastery toetsen,
de relatie met intelligentie, de betrouwbaarheid en de methodes voor het bepalen van de cesuur tussen voldoende en onvoldoende.
| Original language | Dutch |
|---|---|
| Pages (from-to) | 223-231 |
| Journal | Pedagogische studiën |
| Volume | 51 |
| Publication status | Published - 1974 |