Abstract
In het voortgezet onderwijs is de laatste jaren veel verbeterd in de voorlichting
en advisering aan leerlingen met behulp van het bèta mentality model. Dit model
beschrijft vier typen motivatieprofielen waardoor scholen beter in staat zijn
te differentiëren en leerlingen te motiveren op het gebied van bèta profielen.
Afgelopen jaar is aan dit mentality model een nieuw model toegevoegd dat zich
richt op de houding en motivatie van leerlingen uit het voortgezet onderwijs
ten opzichte van hun eigen talenten en de wens om te excelleren (het zgn.
Excellentie Model). Wat er in die keten van mentaliteits-voorlichting nog
ontbreekt is de schakel naar het basisonderwijs.
Internationaal onderzoek laat zien dat in het reguliere basisonderwijs minder dan
20% van de talentvolle leerlingen wordt uitgedaagd en dat leerkrachten vaak
niet weten hoe zij dit moeten doen. Wanneer leerlingen aan het einde van het
basisonderwijs niet al voldoende positieve kennis en houding hebben opgebouwd
over hun eigen talentontwikkeling, wordt het moeilijker om deze beeldvorming
in het voortgezet onderwijs nog bij te sturen. Ook kan een betere voorlichting en
een positievere attitude ten opzichte van het eigen talent zorgen voor een betere
en gerichtere doorstroom naar de verschillende typen voortgezet onderwijs.
Vanuit de gedachte van beeldvorming en bewustwording ligt hier dus een
sleutelrol voor het basisonderwijs en voor basisschoolleerkrachten.
en advisering aan leerlingen met behulp van het bèta mentality model. Dit model
beschrijft vier typen motivatieprofielen waardoor scholen beter in staat zijn
te differentiëren en leerlingen te motiveren op het gebied van bèta profielen.
Afgelopen jaar is aan dit mentality model een nieuw model toegevoegd dat zich
richt op de houding en motivatie van leerlingen uit het voortgezet onderwijs
ten opzichte van hun eigen talenten en de wens om te excelleren (het zgn.
Excellentie Model). Wat er in die keten van mentaliteits-voorlichting nog
ontbreekt is de schakel naar het basisonderwijs.
Internationaal onderzoek laat zien dat in het reguliere basisonderwijs minder dan
20% van de talentvolle leerlingen wordt uitgedaagd en dat leerkrachten vaak
niet weten hoe zij dit moeten doen. Wanneer leerlingen aan het einde van het
basisonderwijs niet al voldoende positieve kennis en houding hebben opgebouwd
over hun eigen talentontwikkeling, wordt het moeilijker om deze beeldvorming
in het voortgezet onderwijs nog bij te sturen. Ook kan een betere voorlichting en
een positievere attitude ten opzichte van het eigen talent zorgen voor een betere
en gerichtere doorstroom naar de verschillende typen voortgezet onderwijs.
Vanuit de gedachte van beeldvorming en bewustwording ligt hier dus een
sleutelrol voor het basisonderwijs en voor basisschoolleerkrachten.
Original language | Dutch |
---|---|
Place of Publication | Den Haag |
Publisher | Platform Bèta Techniek |
Publication status | Published - 2013 |